Deze pagina geeft informatie om problemen op te lossen die u mogelijk tegenkomt terwijl u SharePort Plus gebruikt.
![]() |
|
Wanneer USB-apparaten niet verschijnen in SharePort Plus, dan moeten
de lokale verbinding en ook de netwerkinstellingen tussen de
apparaatserver en uw pc worden gecontroleerd.
Het probleem ligt mogelijk bij de verbinding, de energietoevoer of de bediening van de apparaatserver of de Ethernet-hub. | |
Oplossing | Controleer dat de indicatielampjes op de apparaatserver en op de Ethernet-hub (waarop de apparaatserver aangesloten is) correct branden. Indien de indicatielampjes niet correct werken, vervang dan de AC stekker of kabel en start het USB-apparaat opnieuw op. |
Het opstartproces van de apparaatserver is mogelijk nog niet beëindigd. | |
Oplossing | Gewoonlijk vraagt het ongeveer 30 seconden voor een apparaatserver gereed is na het onder stroom zetten. Wacht dus even tot de apparaatserver gereed is en klik dan op Vernieuwen in SharePort Plus. |
Beveiligingssoftware zoals firewalls enz. onderbreken mogelijk
de communicatie tussen uw pc en de apparaatserver. |
|
Oplossing | SharePort Plus moet worden toegevoegd aan de lijst met
uitzonderingen van uw beveiligingssoftware. Raadpleeg voor meer details over de registratie in de lijst met uitzonderingen de FAQ op onze website op http://support.dlink.com/. |
Mogelijk werd aan de apparaatserver een IP-adres toegewezen dat niet in staat te communiceren met uw pc. | ||
Oplossing | Controleer eerst het IP-adres van uw pc. Om het IP-adres te controleren, gebruikt u de opdrachtprompt van Windows.
Voorbeeld hoe u de ipconfig-opdracht uitvoertControleer dat het IP-adres van de pc een correct adres is om met het IP-adres van de apparaatserver te communiceren. Indien de pc en de apparaatserver zich in hetzelfde netwerksegment bevinden, maar een verschillend netwerknummer hebben in hun adres, dan moet u ofwel het adres van de pc ofwel dat van de apparaatserver aanpassen. Wanneer er een router is tussen de pc en de apparaatserver, moet u ook controleren dat het adres van de default gateway correct is geconfigureerd. |
Het IP-adres dat toegewezen werd aan de apparaatserver wordt mogelijk gebruikt door een ander netwerkapparaat. | ||
Oplossing | Schakel eerst de apparaatserver uit en open de opdrachtprompt
van Windows. Ping het IP-adres van de apparaatserver.
Voorbeeld hoe u de ping-opdracht uitvoert wanneer het IP-adres van de apparaatserver 192.168.20.20 is |
De USB-apparaten die verbonden zijn met de apparaatserver zijn mogelijk niet ingeschakeld. | |
Oplossing | Controleer a.u.b. dat het indicatielampje op het USB-apparaat
brandt of knippert om te zien of het USB-apparaat is ingeschakeld. Wanneer het USB-apparaat niet is ingeschakeld, verifieer dan of de kabel, de AC adapter, enz. goed zit. Wanneer het aangesloten USB-apparaat een eigen stroomvoorziening heeft (via de bus), zoals een vaste schijf bijvoorbeeld, dan heeft het apparaat mogelijk een stroom nodig die groter is dan 500mA, wat de standaard stroomtoevoer is die via een USB-interface beschikbaar is. Gebruik in dat geval de AC adapter die met het USB-apparaat werd geleverd, zodat het apparaat voldoende stroom krijgt. |
De USB-kabel is mogelijk niet goed aangesloten op de apparaatserver of het USB-apparaat. | |
Oplossing | Controleer a.u.b. dat de kabel correct is aangesloten in zowel de apparaatserver als het USB-apparaat. Als u een reserve USB-kabel hebt, vervang dan de kabel. |
De apparaatserver ondersteunt mogelijk het USB-apparaat niet. | |
Oplossing | De apparaatserver ondersteunt geen USB-apparaten die werken met isochrone overdracht. Controleer a.u.b. dat het aangesloten USB-apparaat geen isochroon apparaat is. Neem voor meer details over de specificaties van het USB-apparaat contact op met de fabrikant. |
Wanneer een USB-apparaat apparaat correct wordt getoond in SharePort Plus, maar er treedt een fout op wanneer het wordt aangesloten, dan moeten de specificaties van het USB-apparaat en de pc-instellingen worden gecontroleerd.
De apparaatserver ondersteunt mogelijk het USB-apparaat niet. | |
Oplossing | De apparaatserver ondersteunt geen USB-apparaten die werken met isochrone overdracht. Controleer a.u.b. dat het aangesloten USB-apparaat geen isochroon apparaat is. Neem voor meer details over de specificaties van het USB-apparaat contact op met de fabrikant. |
De driver van het USB-apparaat is mogelijk niet correct geïnstalleerd. | |
Oplossing | Sluit het USB-apparaat a.u.b. rechtstreeks aan op uw pc om te
zien wat er gebeurt. Wanneer het USB-apparaat niet correct werkt, zelfs wanneer het rechtstreeks op uw pc is aangesloten, dan is de driver van het USB-apparaat niet correct geïnstalleerd op uw pc. Installeer in dat geval de driver opnieuw. Raadpleeg voor meer details over hoe u de driver kunt installeren de bedieningshandleiding die bij het USB-apparaat werd geleverd. |
SharePort Plus verbreekt mogelijk de verbinding met de printer voordat de afdruktaak volledig is voltooid. | |
Oplossing | Verleng de tijd voordat SharePort Plus de verbinding met de
printer verbreekt nadat een afdruktaak werd opgestuurd. Selecteer de printer in het hoofdvenster van SharePort Plus en klik op Eigenschappen . In het eigenschappendialoogvenster klikt u op het tabblad Optionele instellingen en dan op Bevestigen. Vergroot in het getoonde venster de tijd in het veld Tijd voor het loskoppelen nadat de afdruktaak werd verzonden. Raadpleeg voor meer details Hoe u een printer kunt gebruiken. |
![]() |
Terug naar boven |